De nieuwe terra 1 HAVO / VWO Toerisme

Samenvatting aardrijkskunde hoofdstuk 6: Toerisme

Inleiding
Er zijn allerlei soorten toeristen.
Bijvoorbeeld: strandtoeristen, fietstoeristen, goktoeristen en rugzaktoeristen. Maar ook bijzondere toeristen. Bijv. iemand die in 24 uur met de trein zoveel mogelijk verschillende landen bezoekt. Of toeristen die de hele wereld afreizen om een zonsverduistering te zien. Deze duurt soms maar 5 minuten!
Volgens een bericht in de Volkskrant kregen in de zomer van 2008 duizenden mensen een cursus gastvrijheid. Toeristen in Nederland geven elk jaar meer dan 3,5 miljard euro uit, terwijl Nederlanders -volgens velen- niet gastvrij is.

Paragraaf 6.1: Op vakantie
A. Wat doen we op vakantie?
Twee soorten vakantie:
- passieve vakantie " een vakantie waarbij je lekker uitrust (zon, zee, strand)
- actieve vakantie " een vakantie waarin je van alles doet (bergbeklimmen, fietsen, enz.)
De meeste mensen combineren deze twee manieren van vakantie vieren. Ze wisselen een dagje relaxen af met een dag vol beweging en actie.

B. Waar gaan we heen op vakantie?
Ruim 8 op de 10 Nederlanders gaat minstens 1 keer per jaar op vakantie.
Twee soorten toeristen:
- binnenlandse toeristen " gaan op vakantie in eigen land (bijv. in omgeving met bos, strand of veel activiteiten zoals pretpark of dierenpark)
- buitenlandse toeristen" toeristen die vanuit het buitenland in Nederland op vakantie komen of Nederlanders die naar het buitenland op vakantie gaan
In totaal komen jaarlijks zo’n 10 miljoen buitenlandse toeristen naar Nederland.
Favoriete plekken: de Noordzeebadplaatsen, Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht.
Meer dan de helft van de Nederlanders gaat op vakantie naar het buitenland (bekijk even bron 3 blz. 126).
Ze zoeken gebieden op die iets te bieden hebben wat Nederland niet heeft. Veel mensen gaan naar Frankrijk en Spanje omdat daar meer zon is. Of mensen bezoeken Duitsland, Oostenrijk of Zwitserland om te skiën.
Veel Nederlanders gaan met de auto op vakantie. Dat is vanuit Nederland makkelijk. Om de grote stroom toeristen te ontvangen, moet er een goede infrastructuur zijn.
infrastructuur = alle verbindingen in een gebied.

C. Wanneer gaan we op vakantie?
Als het even kan gaan Nederlanders meer dan 1 keer per jaar op vakantie. Het gemiddelde ligt al bijna op drie vakanties per jaar! In de zomer gaan we naar Frankrijk, in de winter naar Oostenrijk en tussendoor een midweek naar een bungalowpark in Nederland. Vooral tijdens de schoolvakanties zijn er veel toeristen. Dat is het hoogseizoen.
* hoogseizoen ¢ tijdens schoolvakanties
* voor- en naseizoen ¢ de periode voor en na de schoolvakanties
In Nederland is er vakantiespreiding.
* vakantiespreiding ¢ niet alle scholen tegelijk vakantie. Dit is ingevoerd in Nederland om te voorkomen dat iedereen tegelijk weg gaat.
Toch is het op sommige dagen heel druk op de wegen.
* zwarte zaterdagen ð de drukke zaterdagen in de vakantie waarop ook in Frankrijk en Duitsland de vakanties zijn begonnen. Deze dagen zijn vaak goed voor filerecords.

Doordat veel mensen dezelfde vakantiewensen hebben en in dezelfde tijd op vakantie gaan, worden sommige toeristenoorden overspoeld door vakantiegangers. Benidorm (een badplaats aan de Spaanse kust) is daar een goed voorbeeld van. s’ Zomers zijn hier tien keer zoveel toeristen dan vaste bewoners.
* massatoerisme ð als veel mensen in dezelfde tijd naar een gebied gaan

Om zoveel mensen te kunnen ontvangen zijn overal langs de kust wegen en parkeerplaatsen aangelegd. En overal zie je toeristische voorzieningen zoals hotels, restaurants en strandtenten.

Is de wereld kleiner geworden?
Steeds meer Nederlanders gaan op vakantie naar een verre bestemming. De wereld lijkt kleiner geworden maar dat is natuurlijk niet zo.
* absolute afstand ¢ de werkelijke afstand (in een rechte lijn of de afstand over de weg)
* relatieve afstand ¢ de afstand gemeten in tijd, moeite en geld dat het kost om ergens te komen
Bijvoorbeeld:
Vlieland ligt dichter bij Amsterdam dan Benidorm. Vanuit Amsterdam vlieg je in 2½ uur naar Benidorm. Met de trein en de boot naar Vlieland ben je ruim 4 uur onderweg. Gemeten in reistijd ligt Spanje om de hoek.

EXTRA:
In veel hotels hoef je nooit lang weg van het zwembad. Alle voorzieningen zitten al in het hotel.
* All-inclusive arrangement: daarmee kun je de hele dag eten en drinken wat je wilt
Hotel van ijs: dit ligt in het noorden van Zweden. Het wordt in december opgebouwd van ijsblokken. In april smelt het weer. Terwijl het buiten 40 graden vriest is het binnen lekker warm: 5 graden onder nul. Je kunt er naar de film of romantisch trouwen.

Met internet kom je overal
Vroeger moest je naar een reisbureau om een reis te boeken naar een warme, zonnige bestemming. De medewerker liet allerlei folders zien. Die stonden vol informatie over hotels en appartementen. Op de foto’s was het altijd mooi weer en zag iedereen er vriendelijk uit.
Met internet hoef je het huis niet meer uit om een reis te boeken. Met een paar muisklikken weet je meteen de prijs van het hotel en wat de reis kost. Je kunt ook vergelijken welke vliegmaatschappij het goedkoopst is. Het reisbureau is niet meer nodig. Via Google Earth kun je vast een kijkje nemen in je volgende vakantiebestemming!